Het is zomer, broeierig warm. Ik loop het hotel binnen en noem met onvaste stem de naam die me toegemaild is. Ik krijg een sleutel mee, en vergeet direct de aanwijzingen van de receptionist over de locatie van de kamer. Gelukkig zijn kamernummers meestal logisch gerangschikt.
Een kale, onpersoonlijke kamer zoals iedere andere hotelkamer, een tafel met daarop een lap stof en briefje: “Doe de blinddoek goed om en wacht.” Ik doe het, heb geen idee of ze zich misschien in de badkamer bevinden of ergens hebben staan kijken toen ik het hotel binnen liep. Dat was de afspraak, zij weten alles, ik niets, zij nemen de beslissingen, ik laat het me gebeuren.
En ik wacht. Trillend op mijn benen, op mijn hooggehakte, open schoenen. In niets dan een kort rokje en een mouwloze bloes, want dat waren de instructies. “Draag alleen kledingstukken die makkelijk uit kunnen.” Ik wacht, en verklaar mezelf voor gek. Wat doe ik hier, ik heb die mensen nog nooit gezien! Tot vijf minuten geleden vertrouwde ik ze allebei volledig, maar nu…
Na wat een uur, maar net zo goed tien minuten zou kunnen zijn, hoor ik de deur van de hotelkamer opengaan. Voetstappen… Geen woord, niets. Ik voel dat er iemand vlak bij me is, strek mijn armen uit in een intense behoefte aan troostend, lichamelijk contact maar wordt slechts ruw bij mijn polsen gepakt. Met mijn armen achter de rug gedwongen voel ik hoe mijn polsen bijeengesnoerd worden met een reep stof. De handen voeren me achteruit, ik doe een paar passen tot ik tegen een muur kan steunen. Dan een paar zachte handen in mijn hals, een seconde later een paar handen op mijn enkels. De handen strelen, zachtjes, plagend. Ik laat mijn hoofd achterover zakken tegen de muur, voel hoe ik nog steeds tril. Deels van angst, maar ook van een steeds groter wordende opwinding.
Even stokken de bewegingen van de handen, dan plots wordt in één beweging mijn bloes opengerukt en over mijn schouders geduwd en mijn rok naar beneden getrokken. Zo teder als de handen net waren, zo ruw dwingen ze me nu bij mijn enkels uit mijn rok te stappen. Dan wat geschuifel en niets meer. Volledig naakt sta ik tegen de muur geleund. Nog nooit in mijn leven heb ik me zo bloot en bekeken gevoeld. Het enige wat ik hoor is de versnelde ademhaling van twee mensen. Ik wil iets zeggen, maar meer dan ‘God, toe nou, doe iets!’ kan ik niet bedenken, dus ik hou mijn mond maar.
Dan, eindelijk, godzijdank, weer handen, op mijn benen, in mijn hals. Wind van het openstaande raam streelt mijn borsten en mijn buik. Dan handen vol op mijn borsten, terwijl ze stevig gekneed worden, lippen die mijn nek zoenen, langzaam afdalend naar beneden. Lippen op mijn dijbenen, handen op mijn billen, even een ademzucht die mijn opengesperde kut beroert. Zacht zuigen op mijn tepels nadat ik aan een streling van kleding langs mijn buik had gevoeld dat degene die met mijn benen bezig was opstond. In mijn rechtertepel wordt zacht gebeten en een kreun ontsnapt me. Op datzelfde moment slaat er een golf van schrik door me heen. Wat als ze bij mijn minste geluid ophouden? Maar ik hoor in reactie op mijn hoorbare opwinding even de adem stokken van genot bij mijn borsten, het zuigen en bijten wordt ruwer, harder, tot ik het uitschreeuw van pijn en geilheid.
Twee paar handen dalen langzaam af. Beroeren mijn buik, nauwelijks voelbaar mijn liezen waar ik hypergevoelig ben. Telkens als een hand in de buurt van mijn venusheuvel komt, zuig ik scherp mijn adem in. Toe nou, voel me, lik me, maakt niet uit wat, maar doe iets aan die brandende pijn daar beneden! Maar zij doen, ik laat het me gebeuren. Verder gaan de handen, tot gekmakens toe mijn kut vermijdend, verder overal strelend waar ze maar kunnen komen. Dijbenen, billen, navel, flanken, het stukje waar de binnenkant van mijn been overgaat in de schaamlip, maar telkens niet verder. Ik heb mijn lichaam niet meer onder controle, duw mijn kruis richting waar ik ook maar handen voel, maar ze blijven me ontwijken.
Weer trekken de handen zich terug maar iets zegt me dat ik niet hoef te wanhopen, dat ik heel rustig moet blijven staan, voor zover ik dat nog kan. Weer wat geritsel van kleding, dan twee handen, op de gevoelige overgangen van mijn benen naar mijn billen. Ik kreun zachtjes, voel duizelingen in mijn hoofd, krijg even het krankzinnige idee dat ik aan het hyperventileren ben.
‘Zo, kleine smulpaap,’ hoor ik hem ineens zeggen.
Bij het horen van zijn stem, ter hoogte van mijn navel, slaat een nieuwe golf van allesverzengende geilheid dor mijn lichaam. Ik voel zijn adem tegen mijn schaamlippen, voel dat hij met zijn gezicht nog geen centimeter van mijn kut verwijderd is. Dan een mond, vol op mijn lippen, lange halen met een tong door het vocht. Ik schreeuw, alles vervaagt, opeens zijn overal handen, tongen, tanden. Ik merk dat ik gevallen ben, voel lichamen half over me heen, kan bij god niet zeggen wie wie is en heb ook geen tijd om me dat af te vragen. Vingers in mijn schede, in mijn aars, tongen die uitputtend tekeer gaan over mijn klit, nagels krassen over mijn buik, borsten en rug, over mijn benen.
Ik lig pijnlijk op mijn geboeide polsen maar het lijkt alsof er niets meer bestaat in dit universum wat niet kan bijdragen aan de elektrische schokken die mijn lijf terroriseren. Mijn adem giert door mijn keel, mijn hoofd zweeft een meter boven mijn romp. Ik heb geen idee wat ik doe, ik kan alleen maar voelen, voelen, voelen. Het ritme van alle vingers, tongen en handen wordt opgevoerd, mijn hartslag jaagt, ontstellend geile golven slaan door mijn hele lichaam, worden groter en meeslepender. Ik besta niet meer, alleen mijn krampende lichaam bestaat nog. Oh, ja, nu doorgaan, nu doorgaan! En het houdt op.
Ik lig op de grond, geboeid, mijn lichaam schokkend, absoluut niet onder controle, ontzettend naakt en ontzettend alleen. Mijn lichaam voelt rauw, mijn tong extreem koud van mijn gejaagde ademhaling. Ik moet hoesten, maar kan niet van de uitputting. Ik hoor snikken, maar besef pas dat ik het zelf ben als de onderkant van de blinddoek doorweekt is en de tranen over mijn wangen lopen. Ik ben mezelf totaal kwijt, weet niet wat ik moet doen, maar kan ook zo verdomd weinig doen.
Twee paar handen tillen me op, helpen me overeind, leiden me naar het bed. Twee naakte lichamen drukken zich tegen me aan. Twee paar armen omhelzen me. Mijn polsen worden losgemaakt, mijn blinddoek verwijderd. Ik ben zo vaak zo nieuwsgierig naar ze geweest maar nu durf ik ze niet aan te kijken. Ze zoenen me, mijn wangen, ogen, oren, mijn haar. En ik zoen terug. Eerst haar, dan hem. Ze strelen me, langzaam, teder nu. Ik was wat rustiger geworden, nu begin ik weer te trillen, bang geworden van mijn eigen oncontroleerbare opwinding. Tot hij langzaam en voorzichtig in me komt en zijn stoten en haar handen me leiden naar het meest intense, bevrijdende orgasme van mijn leven.
— “Een erotische ontdekkingstocht vol fantasie en verbeelding” —