— “Een erotische ontdekkingstocht vol fantasie en verbeelding” —

Oude liefde roest niet

Wat heb ik aan je gedacht. Terug verlangd naar het onbezonnen geluk. Samen lopend langs de branding in de stralende zon. Luisterend naar de meeuwen en het geruis van de golven. Kijkend naar onze blote voeten, stappend door het mulle zand. De krabbetjes, het wier, de nonnetjes, zwaardschedes en de kwallen. Het stil gejuich in mijn hoofd, als ik mijn hand in die van jou leg. Het onvermijdelijke moment dat we onuitgesproken aan voelen komen, dat we stil zullen staan, jij me bij mijn schouders pakt en me zoent. Dat ik laat merken dat het best een beetje meer mag zijn en ik mijn mond open om je tong te ontvangen…

Met weemoed bekijk ik de oude foto’s in de schoenendoos. Ze zijn verkleurd en ze zien er uit alsof ze eeuwen geleden geschoten zijn. Ik was vijftien en jij was zestien jaar oud. Nu zijn we beide bijna het dubbele daar van. Volwassen geworden, maar die geschiedenis niet samen doorleefd. Oh, ik weet het nog goed, dat mijn vader zei: “Wat moet jij toch met zo’n vent? Moet je dat haar zien en die kleren. Zoek toch eens iemand die er wèl normaal uit ziet. Iemand die ook wel eens een kerk van binnen ziet, bijvoorbeeld!”. Als het aan hem had gelegen had hij de verkering tussen mij en Rob eenvoudigweg verboden!

Mijn moeder begreep wel waarom ik verliefd op Rob was. Dat haar, dat alle kanten op stond, stoer hoor! En hij was lang en gespierd. En altijd vrolijk bovendien. In haar hart was mijn moeder misschien wel een beetje jaloers op dat opgewekte karakter en die onbezorgdheid van Rob, gewend aan het serieuze leven dat ze leidde met mijn vader. Die grapjes, die wel eens over het randje van het betamelijke gingen, zij glimlachte er vergevingsgezind om. Ze had ook gezien hoe teder je altijd met mij omging en over je gevoel kon praten. Alleen die muzieksmaak –die snoeiharde herrie van de punk- van jou, nee dat was voor haar toch ook een brug te ver.

“Kom je met mij mee”, ik hoor je het nog zo zeggen. Je had het wel gezien zo langzamerhand, die norse, beoordelende blikken van mijn vader. Dat hij verbood dat je bij mij sliep. Oh wat wilde ik graag de vrijheid met je tegemoet. Maar het zat er gewoon nog niet in. Er was niet de durf om tabee te zeggen en te gaan. Niet veel later bracht je me de onheilstijding; “we moeten er maar mee stoppen”… wat heb ik gehuild, emmers vol tranen, tot ze op waren…

Als ik naar mijn computer loop start ik voor de zoveelste keer Outlook op. Hoe vaal ik je mailtje gelezen heb? Ik ben de tel kwijt. Ik bekijk de foto, die Rob in het tekstvak heeft geplakt. Ik zie een dertiger, met inhammen in zijn kuif. In zijn oor draagt hij een ringetje, waar hij destijds een veiligheidsspeld doorheen had. Maar… die ogen… zo donkerbruin, dat ze zwart lijken. Ze kijken me aan met die vrolijke twinkeling van de humorist die ik ken. Ik scan de tekst; “dat ik je gevonden heb op Schoolbank, was mooi toen, die vader van jou, lieve moeder, mis je soms, bijpraten en… jawel… xxx Rob”…

Mijn hart klopt in mijn keel als de deurbel gaat. Wat moet ik nu doen? Uitbundig zijn of ingehouden? Moet ik laten merken dat ik hem nooit vergeten ben of zou ik hem daarmee overvallen? Hij is gescheiden, ik ook, dat is wat we weten van elkaar. Maar ik ben toch niet zo wanhopig dat ik verlang naar een liefde die ooit geweest is? Toch kijk ik nog even in de spiegel of mijn haar goed zit en mijn decolleté niet te laag is. Een zinloze actie, nu hij, Rob, voor de deur staat te wachten.

“Hé, hallo, daar ben ik dan!”, hoor ik zijn vrolijke stem zeggen, als ik de voordeur voorzichtig heb geopend. Rob, de punker van toen, staat daar met een keurige lange jas aan. Half open, zodat ik zie dat hij een schitterend krijtstreeppak draagt. Zijn vrolijke, volwassen geworden gezicht past daar uitstekend bij. Duidelijk een man, die een pak goed staat. In één hand draagt hij een plastic tas, in de andere een grote bos, dieprode rozen. “Alsjeblieft, voor jou”, hoor ik hem zeggen en voor ik het weet heb ik zoenen op mijn wangen te pakken. Ik ben er even beduusd van en hakkel: “oh eh, ja, eh, kom maar binnen”. Als ik hem de gang in laat stappen ruik ik een heerlijk frisse aftershave. En heb ik het goed, dat hij bij het langs lopen, mijn borsten al heeft opgemerkt?

In de kamer aangekomen, zitten we tegenover elkaar, drinken koffie en praten over de tijd dat we zo hevig verliefd op elkaar waren. Rob heeft een fotoboek over die tijd meegenomen en ik zie beelden, die ik me niet eens meer herinneren kan. Ze laten een intens verliefd stel zien, lopend langs het strand, dansend in de disco, liggend in de duinen en zoenend in de tent. De herinneringen verwarmen me en doen me verlangen naar dat grote gevoel van toen. Temeer nu Rob vertelt dat hij eigenlijk nog steeds gek op me is en niet snapt dat hij zich door mijn strenge vader heeft laten kisten. Dat hij ruggengraat had moeten tonen en me desnoods had moeten ontvoeren. Ik zie beelden voor me hoe hij in een riddergevecht met een langs mijn vader uit het zadel stoot. Mijn vader die hulpeloos in het zand blijft liggen. En Rob die zijn zwaard op de borst van deze booswicht laat rusten. Hij laat hem leven in ruil voor de hand van zijn dochter…

Ik gloei van binnen, als we na de visite, in de gang staan om afscheid te nemen. Ik treuzel en aarzel. Het hoge woord, waarom wil het er niet uit? Omdat we beide niet durven? Omdat er nog zo veel onbesproken is gebleven? Die laatste gedachte helpt me over de drempel, als ik zeg: “Ik vond het erg fijn dat je er was. Heb je zin om nog eens langs te komen, of…vind je het wel genoeg zo?” Mijn hart klopt in mijn keel als ik op zijn antwoord wacht. “Kijk vanavond maar in de mail oké? Dan heb ik mijn gedachten laten bezinken. Ik ben een beetje bang geworden om beslissingen te nemen. Ik leg het je nog wel uit”, is zijn reactie. Toch is het bemoedigend dat hij me niet enkel een hand geeft bij het afscheid, maar me kust op zo’n tedere manier, dat het niet anders kan, dan dat ook hij warmte gevoeld heeft bij onze gesprekken over onze eilandvakantie.

Die avond check ik keer op keer mijn mail, maar een bericht blijft uit. Als ik tegen elf uur mijn bed ga opzoeken, probeer ik het nog één keer. Er gaat een siddering door me heen als het “you’ve got mail-signaal” uit de speakers klinkt. Ik klik het mailtje aan en begin te lezen.

“Lieve Heleen, wat heb ik nagedacht vanavond. Ik vond het erg leuk bij je. Daarom waren mijn gedachten vanavond de hele tijd bij jou. Heel graag wil ik nog eens bij je langskomen. Misschien kunnen we dan eens praten over onze levens, na onze verkering. Dat van mij was nogal teleurstellend, op het gebied van de liefde tenminste. Maar dat herken je vast, omdat jij immers ook alleen bent nu. De grote vraag, die me de hele tijd kwelt, is of het komt omdat het eigenlijk jij en ik hadden moeten zijn, die samen hadden moeten blijven. Maar ik was te jong om het gemopper van je vader weerstand te kunnen bieden. Hij wilde van mij een gelovige jongen maken. Toen ik zei dat dat niets voor mij was, is hij een keer heel kwaad naar mij uitgevallen. Ik heb je dat nooit durven vertellen. Het spijt me zo dat ik het uitmaakte. Wat was ik toen nog zwak, want ik geloofde zo in jou. En feitelijk doe ik dat nog altijd. Mail je me terug lieverd? Ik hoop het toch zo. XXX Rob.”

Ik staar naar het beeldscherm. Wat is er gebeurd? Heeft hij vanmiddag in mijn gedachten gelezen, zonder dat ik het zelf door had? Heeft hij gemerkt hoe ik hem bekeek en mijn beeld van vroeger vergeleek met wat ik nu zag? En dat ik gevoelsmatig geen verschil met toen kon ontdekken? Als ik even later onder de douche sta, gieren die gedachten nog steeds door mijn brein. Niet veel later lig ik in mijn pyjama onder mijn dekbed. En ineens zijn ze daar… de tranen. Ik huil onbedaarlijk om mijn gemiste liefde en om het fout gelopen huwelijk dat daar op volgde. Ik vind het zo erg dat ik daarna dacht verliefd te zijn geworden op Kees. Hij had me geholpen met mijn verdriet, maar kon vervolgens mijn bloedend hart niet genezen. Het getrouwde leven werd er eentje van eenzaamheid. Kees en ik gingen voor ons’ beider carrières.
Maar samen gelukkig, tenminste zoals ik in de zevende hemel was met Rob, werden we nooit. Arme Kees, arme ik… Huilend val ik in slaap…

“Heerlijk hè? Die zon, mmm”, kreun ik zachtjes. Wat hebben we een mooi plekje in de warme duinen gevonden. Het zachte zand, dat omzoomd wordt door zachtjes wuivend helmgras, de mega grote strandhanddoeken, de koeltas met heerlijk fris en bier, het leven is prachtig. Op mijn buik liggend voel ik de handen van Rob over mijn rug glijden. Hij smeert die in met zonnebrandolie. “Vind je het goed, dat ik je bovenstukje losmaak liefje?”, vraagt hij attent. Het bewijst hoe gevoelig mijn vriendje is, ondanks dat mensen die hem niet kennen, door zijn punkhaar en de veiligheidsspeld in zijn oor, anders vermoeden. Die gedachte maakt me toegevend. Daarom til ik mijn bovenlichaam iets op, zodat Rob mijn bovenstukje helemaal van mijn lichaam weg kan trekken. Hij masseert de spieren tussen mijn schouderbladen en mijn hals. Ik volg met mijn gedachten zijn handen, die een spoor naar mijn onderrug maken. “Hoe ver zullen die handen gaan?”, bedenk ik mij tot Rob vraagt: ”mag ik?” Als ik iets opzij en naar omlaag kijk zie ik dat hij het koordje van mijn bikinibroekje vast heeft en op het punt staat het strikje los te trekken. “Mmmm, ja doe maar liefje”, lach ik hem toe. Even later is ook het strikje bij mijn andere heup los en als ik me iets omhoog druk, verdwijnt het reepje stof van mijn lijf. Daar lig ik, helemaal naakt, in de duinen, beschenen door de zon en geliefkoosd door Rob. Hij spreidt zijn vingers om mijn billen zoveel mogelijk beet te kunnen pakken. Zijn zachte kneepjes, zijn cirkelende bewegingen, ze veroorzaken een gevoel van overgave. Natuurlijk ziet hij nu mijn sterretje en evenzeer zal hij naar mijn schaamlipjes kijken. Oh, het kan niet anders, dan dat hij ook ziet hoe nat ik aan het worden ben. Ik voel het warme vocht tussen mijn lipjes. Wordt dit mijn eerste keer? Zal ik mijn maagdelijkheid verliezen, hier en nu? Het is verwarrend allemaal: ik word zo opgewonden, maar ook een beetje zenuwachtig. ..

“Draai je maar om schatje”, zegt Rob teder, “zullen we het eens proberen? Ik heb condooms bij me en ik zal heel voorzichtig zijn”. Zijn ogen kijken me verwachtingsvol aan. Hij glimlacht. “Maar als je niet wilt, dan niet hoor!”. Wat ben ik dankbaar dat ik zo’n lieve vriend heb, die zoveel begrip op kan brengen voor het feit dat ik nog maagd ben. Juist daarom draai ik me om, zodat hij mijn borsten kan zien en ook mijn kleine plukje schaamhaar. “Heerlijk, zo zacht als dat je bent”, complimenteert Rob mij, als hij mijn buik en borsten streelt. “Kom maar”, geef ik aan. Als Rob op zijn handen en knieën boven mij hurkt sla ik mijn armen om zijn nek. Ik breng zijn hoofd naar mij toe, waardoor we één zijn in een heerlijk natte zoen. Hij proef mijn en ik zijn warme tong. Zo dansen we om elkaar heen in een fantastisch opwindend spel. Maar dan stopt Rob met zoenen en kijkt me ernstig aan en vraagt: “Lief, voordat ik niet meer terug kan. Moet ik even een condoom omdoen?”. Hij ziet mijn glimlach als ik hem vertel dat mijn periode er gisteren juist op zat en ik daardoor nog niet in mijn vruchtbare dagen ben. “Weet je het zeker?”, vraagt hij nog, maar ik geef hem, in plaats van antwoord, nogmaals mijn tong. We zoenen zo heftig, ik vergeet alles om me heen, er is nog maar één levensbehoefte die ik vervuld wil zien: ik wil vol worden van de penis van Rob…

Mijn handen masseren de brede schouders van mijn lief. Ik kijk omlaag langs zijn borst en zijn buik en dan zie ik… zijn erectie! “Ohhh wat is die groot”, kreun ik in zijn oor. Het lijkt me onmogelijk dat zo’n enorme eikel en zo’n dikke stam in mij passen kunnen. “Voorzichtig”, zucht ik nog in het oor van Rob. Hij plaatst de kop van zijn penis tegen mijn schaamlippen en duwt een klein stukje door. Ik concentreer me op mijn gevoel in mijn vagina en ervaar de warmte van de piemel, die bij me binnen dringt. Centimeter na centimeter glijdt die naar binnen. Met liefde laat Rob mijn kutje aan zijn dikke pik wennen, totdat die niet meer verder kan, omdat mijn baarmoedermond wordt bereikt.

“Is het fijn lieverd?”, vraagt Rob mij. En of het fijn is! Het is veel fijner dan ik ooit had vermoed. Natuurlijk had ik wel eens gehoord dat de eerste keer pijnlijk kan zijn en qua genot zo tegen kan vallen. Maar mijn schat weet hoe hij met mij om moet gaan. Want ook voor de actie begint vraagt hij me heel attent: “Ben je er klaar voor liefje?” Met verlangende ogen kijk ik in de zijne en zucht: “Oh ja vriendje van me, neuk me maar”. En dan voel ik waar ik zo vaak over gehoord en gelezen heb, waar ik het met vriendinnen zo vaak over gehad heb; ik word geneukt! Echt waar, ik voel een dikke piemel in mijn kutje, die er langzaam een eindje in en uit gaat. En oh, wat voelt het geil. Ik ben zo verschrikkelijk nat dat ik het geluid van mijn eigen geil langs zijn dikke lul hoor glijden. Mijn vriendinnen noemden het giechelend “soppen” en verdraaid, wat hebben ze gelijk.

“Toe maar, neuk me maar, harder schatje, ik wil je voelen, het is heerlijk”, moedig ik Rob aan. Tot mijn eigen verbazing voel ik geen centje pijn. En nu dat zo is wil ik geneukt worden. Wat zeg ik? Ik wil gewoon lekker stevig genaaid worden! “Genaaid, genaaid, hoor je?”, hoor ik mijzelf denken.

Ik pak de billen van mijn lief vast en duw ze sneller en sneller naar me toe. Zijn lul glijdt sneller en sneller in mijn lichaam, zijn ballen wiebelen met elke stoot tegen mijn nat geworden billen. Ik zucht, ik steun, ik kreun. Rob zucht, steunt en kreunt. Hij gromt, hij schreeuwt zijn kreten de open lucht in. En dan gebeurt het: alsof er midden op deze zonovergoten middag een orkaan opsteekt, alsof donder en bliksem ons treffen. Mijn kut krimpt, mijn spieren verkrampen, ze knijpen zich samen om de dikke lul van mijn lief. “Ik koooooommm”, gil ik in zijn oor. Maar hij hoort me niet, want zijn ballen krimpen, zijn onderlijf schokt, hij ontploft bijkans als hij een enorme hoeveelheid heet sperma in mijn kutje spuit, straal na straal. Hij klemt zich aan mij vast, alsof we nooit meer los zullen komen, alsof we voor altijd vacuüm aan elkaar vast zullen zitten. Samen één, nooit meer apart… ohhhhhh wat geil, wat geil!

Dan rol je van me af. Ik hoor je in een moordend tempo nahijgen. Ook bij mij duurt het even voordat mijn hartslag kalmeert. Maar het hindert niet, ik gloei na van een onvergetelijke ervaring. We liggen naast elkaar en kijken naar een strak blauwe lucht. Ik pak je hand lieve, lieve Rob.

Wezenloos kijk ik in het donker. Tussen mijn benen voel ik nattigheid. Meestal kan ik mij mijn dromen niet herinneren, maar deze? Ik zie het allemaal voor me. Ik was verdrietig in slaap gevallen, maar deze droom is een duidelijke belofte. “Verdraaid, ik heb hem nog helemaal niet terug gemaild”, bedenk ik me. De wekker wijst 02:13 aan. Het kan me niks schelen. Mijn bedlampjes gaan, ik zwaai vrolijk met mijn benen het bed uit. Vervolgens start ik mijn laptop op en in mijn hoofd bedenk ik me alvast een tekst. Dat zal vast zoiets worden als: “Lieve Rob. Natuurlijk wil ik je graag nog eens ontmoeten. Wedden dat het weer zo gezellig wordt? Misschien nog wel veel gezelliger. Een smiley erachter veronderstelt iets ondeugends. Ik besluit met: Liefs XXX Heleen”.

In de leegte van de nacht open ik de koelkast. Een beker melk heeft mij al vaker aan een goed vervolg van mijn slaap geholpen. Als ik aanstalten maak om weer in mijn bed te kruipen loop ik nog even naar mijn laptop, die ik aan heb laten staan. “Hè? Mail? Nu?”. Verbaasd open ik het bericht en lees.

“Hoi lieve Heleen, Raad eens? Ik heb van je gedroomd. Was goed hoor! Zal ik morgen, ik bedoel vandaag, bij jou komen of kom je bij mij? Ben benieuwd hoe gezellig het wordt, ha ha ha. Kus, Rob”.

Beoordeel dit verhaal

Plaats een Reactie

Ben je een robot? *